Omnivoor of veganistisch: sportprestaties gelijk
Uit een studie onder hardlopers blijkt dat er geen verschil is in inspanningscapaciteit tussen omnivoren, lacto-ovo vegetariërs en veganisten. Het is de eerste keer dat deze drie voedingspatronen in een studie zijn vergeleken in relatie tot sportprestaties.
De 76 deelnemers (amateurs) werden geworven bij marathons in steden in het jaar 2017. Het aantal mannen en vrouwen was gelijk verdeeld, en ze waren vergelijkbaar voor wat betreft BMI (18-25). Ze trainden gemiddeld twee tof vijf keer per week. De gemiddelde leeftijd was 27 jaar (plus of min vijf jaar). Geen van de deelnemers rookte regelmatig.
Voordat de deelnemers werden onderzocht, mochten ze gedurende 24 uur niet gesport hebben en moesten ze zich houden aan hun standaard voeding. Ze werden gewogen en lichamelijk onderzocht, waarna hun voedingsinname werd vastgesteld door middel van de 24-uurs navraagmethode.
De energie-inname van de drie groepen was gelijk, namelijk ongeveer 2150 kcal per dag. De omnivoren consumeerden het meest eiwit, de veganisten hadden de laagste eiwitinname. De voeding van de veganisten daarentegen bevatte meer voedingsvezel - ongeveer 52 g per dag - dan de overige twee groepen en ze namen minder vet tot zich: 15% versus 32% en 33%.
Na het lichamelijk onderzoek en de voedingsanamnese volgde de prestatiemeting. De hardlopers moesten fietsen op een hometrainer tot ze uitgeput waren. De primaire uitkomstmaten waren de maximum ‘power output’ (uitgedrukt in watts) tegenover totaal lichaamsgewicht en vetvrije massa.
De onderzoekers ontdekten geen statistisch significant verschil in de inspanningscapaciteit van de drie groepen. Ze vonden ook geen verschil tussen de voedingsgroepen als de vrouwen met de vrouwen en de mannen met de mannen vergeleken werden. De mannen genereerden uiteraard betere cijfers dan de vrouwen. De onderzoekers zien het achteraf wel als een beperking dat het zuurstofverbruik niet gemeten is en dat er voor hardlopers een hometrainer is gebruikt in plaats van een loopband.
Bron: Nebl, J., et al. Exercise capacity of vegan, lacto-ovo-vegetarian and omnivorous recreational runners. Journal of the International Society of Sports Nutrition, 2019, 16.1:23
De 76 deelnemers (amateurs) werden geworven bij marathons in steden in het jaar 2017. Het aantal mannen en vrouwen was gelijk verdeeld, en ze waren vergelijkbaar voor wat betreft BMI (18-25). Ze trainden gemiddeld twee tof vijf keer per week. De gemiddelde leeftijd was 27 jaar (plus of min vijf jaar). Geen van de deelnemers rookte regelmatig.
Voordat de deelnemers werden onderzocht, mochten ze gedurende 24 uur niet gesport hebben en moesten ze zich houden aan hun standaard voeding. Ze werden gewogen en lichamelijk onderzocht, waarna hun voedingsinname werd vastgesteld door middel van de 24-uurs navraagmethode.
De energie-inname van de drie groepen was gelijk, namelijk ongeveer 2150 kcal per dag. De omnivoren consumeerden het meest eiwit, de veganisten hadden de laagste eiwitinname. De voeding van de veganisten daarentegen bevatte meer voedingsvezel - ongeveer 52 g per dag - dan de overige twee groepen en ze namen minder vet tot zich: 15% versus 32% en 33%.
Na het lichamelijk onderzoek en de voedingsanamnese volgde de prestatiemeting. De hardlopers moesten fietsen op een hometrainer tot ze uitgeput waren. De primaire uitkomstmaten waren de maximum ‘power output’ (uitgedrukt in watts) tegenover totaal lichaamsgewicht en vetvrije massa.
De onderzoekers ontdekten geen statistisch significant verschil in de inspanningscapaciteit van de drie groepen. Ze vonden ook geen verschil tussen de voedingsgroepen als de vrouwen met de vrouwen en de mannen met de mannen vergeleken werden. De mannen genereerden uiteraard betere cijfers dan de vrouwen. De onderzoekers zien het achteraf wel als een beperking dat het zuurstofverbruik niet gemeten is en dat er voor hardlopers een hometrainer is gebruikt in plaats van een loopband.
Bron: Nebl, J., et al. Exercise capacity of vegan, lacto-ovo-vegetarian and omnivorous recreational runners. Journal of the International Society of Sports Nutrition, 2019, 16.1:23
